Don Quichot tegen de windmolens
Donderdag 18 Februari 2016 | Door Yves Longchamp
Don Quichot, de held uit de beroemde roman, bond op zijn paard Rocinante de strijd aan met windmolens, waarvan hij dacht dat het gemene reuzen waren. Op gelijkaardige wijze bindt Mario Draghi met zijn monetaire verruiming de strijd aan met lowflation. Maar is dit programma überhaupt in staat om dit fenomeen te bestrijden?
In Europa is de economische groei verbeterd. De particuliere consumptie wordt ondersteund door een dalende werkloosheid en een over het algemeen hoog consumentenvertrouwen. Toch blijkt uit de verschillende groeitrajecten dat er nog steeds verschillen zijn tussen de lidstaten van de eurozone. We hebben goede redenen om aan te nemen dat de particuliere consumptie in Spanje en Italië sterk zal blijven. Vergeleken met de periode vóór de internationale financiële crisis ligt de consumptie nog altijd op een laag niveau. Duitsland en in mindere mate ook Frankrijk beginnen momenteel echter tekenen van vermoeidheid te vertonen. Wat de investeringen betreft, vormen de versoepelde financieringsvoorwaarden en de gestegen vraag naar bedrijfskredieten buiten de financiële sector een positieve stimulus. Toch blijft het wachten op een echte katalysator om het herstel van deze groeicomponent terug opgang te brengen.
In tegenstelling tot de VS wijzen alle voorspellende indicatoren op een verdere groei van de industriële productie in de eurozone. Ook hier zijn er verschillen tussen de verschillende lidstaten. Volgens de meest recente cijfers is de industriële productie in Duitsland gestabiliseerd, terwijl deze in Frankrijk, Spanje en Italië sterker is gegroeid. De groei blijft dus zwak, ongelijk verdeeld en kwetsbaar. Maar er zit wel verbetering in.
In de VS is de Fed aan een verkrappingscyclus begonnen. Terwijl de Chinese centrale bank momenteel geconfronteerd wordt met een kapitaaluitstroom, waardoor ze dan ook terughoudend staat tegenover een verdere versoepeling van haar monetair beleid. In vergelijking met de VS en China is het opvallend dat de economie van de eurozone, die het juist beter doet, binnenkort gestimuleerd zal worden met nieuwe monetaire maatregelen.
Lowflation is een mondiaal fenomeen
Waarom wil Mario Draghi dan zo graag het monetair beleid versoepelen? De reden hiervoor is de lage inflatie, die de ECB tot een krampachtige versoepeling dwingt. Mario Draghi blijft keer op keer herhalen dat de inflatiedoelstelling, die iets onder de 2 % ligt, het enige is waar de ECB naar streeft. En om dit doel te bereiken gelden geen beperkingen voor de mate waarin ze bereid is de haar ter beschikking staande instrumenten in te zetten.
We hebben er al meermaals op gewezen dat lowflation een mondiaal fenomeen is dat niet door een enkele centrale bank kan worden opgelost, ongeacht de middelen waarover deze beschikt. Mario Draghi heeft iets weg van Don Quichot. Op zijn afgepeigerde paard Rocinante bond Don Quichot de strijd aan met windmolens, waarvan hij dacht dat het gemene reuzen waren. Op gelijkaardige wijze bindt Mario Draghi met zijn uitgeputte programma voor monetaire verruiming de strijd aan met het sluimerend deflatiegevaar. Wat ons nog meer zorgen baart is de rol van zijn trouwe schildknaap Sancho Panza, die enkele overeenkomsten vertoont met de rol van de markten in onze moderne interpretatie van de roman. Sancho Panza weet heel goed dat zijn meester een vertekend wereldbeeld heeft, maar blijft hem toch volgen. Voor de markten betekent een verdere versoepeling hogere aandelen- en obligatiekoersen.
De marktdeelnemers hebben ook een vertekend wereldbeeld, vooral wat betreft inflatieverwachtingen. Er bestaat een duidelijke correlatie tussen de huidige olieprijzen en de inflatieverwachtingen over vijf jaar, zowel in de VS als in Europa. Als we dit in overweging nemen, dringen zich een aantal vragen op: Is het realistisch te denken dat op basis van de huidige oliekoers – die niemand zag aankomen – de inflatie over vijf jaar kan worden voorspeld? En is de ECB werkelijk in staat ook maar iets aan de olieprijs te veranderen door extra monetaire verruiming of door een verdere verlaging van de toch al negatieve rente? Dit alles in de hoop dat dankzij deze maatregelen de inflatie stijgt en de inflatieverwachtingen niet meer dalen. Het antwoord op beide vragen is ongetwijfeld “nee”.
Maar wat er wel bereikt wordt met een verdere versoepeling, is dat de eenheidsmunt kunstmatig goedkoop wordt gehouden. Hierdoor kunnen regeringen hun schulden herschikken en werden structurele hervormingen aan een minimale kost gefinancierd. Daarnaast beschikt de Europese economie dankzij deze maatregel over goedkope kredietfaciliteiten. Het is dus eigenlijk een groeistimulerend monetair beleid dat niet gehinderd wordt door een hoge inflatie. Bij de volgende bijeenkomst op 10 maart zal de ECB waarschijnlijk de rente opnieuw verlagen en de activa-inkopen uitbreiden, tenzij de olieprijzen omhooggaan! Als de olieprijzen dalen tot USD 10 per vat en de komende 12 maanden op dat niveau blijven staan, wordt de inflatie in de eurozone dit jaar negatief. Zelfs als de olieprijzen morgen stijgen tot USD 50 per vat blijft de inflatie in 2016 onder de ECB-doelstelling van 2 %, wat enige twijfel doet rijzen over de doeltreffendheid van monetaire verruiming in de strijd tegen lowflation.
Meld u aan voor de Beleggen.nl dagelijkse nieuwsbrief
en blijf op de hoogte van de laatste ontwikkelingen op de beurs!