'Ebusco vaag over belofte bij IPO'
Woensdag 8 Maart 2023 | Door IEX Nieuws
Hoe staat het met de beloftes die zijn gedaan bij de beursgang?
Op 22 oktober 2021 ging Ebusco naar de beurs. De IPO prijs van 23 euro waardeerde de Brabantse fabrikant van electrische bussen op ruim 1,3 miljard euro. Op dat moment zagen de cijfers van Ebusco er allesbehalve rooskleurig uit.
Het bedrijf had een jaar eerder 103 bussen afgeleverd en in het eerst halfjaar 2021 12 miljoen euro verlies geleden. De waardering was vooral gebaseerd op het – door Ebusco zelf – geschetste toekomstperspectief.
Pagina 144 van het prospectus meldt (vertaald):
Ebusco is vol vertrouwen dat het de volgende ambitieuze operationele en financiële doelstellingen op middellange termijn zal kunnen bereiken:
- productie van meer dan 3000 nulemissie-bussen per jaar
- omzet van meer dan 1,5 miljard euro
- Ebitda-marge van meer dan 35%
In 2022 is Ebusco verder gegroeid al is de eerdere prognose van 285 bussen verkochte bussen niet gehaald. Het aantal leveringen kwam uit op 261 stuks als gevolg van problemen met Chinese leveringen voor het 'oude' model Ebusco 2.2-bussen. Op 29 maart weten we hoeveel verlies er in 2022 is geleden. Maar belangrijker hoe staat het met de beloftes van de beursgang.
Wat is de middellange termijn?
Bij de financiële persberichten van Ebusco sinds de beursgang werd de middellange termijn doelstelling steeds herhaald. Onder die persberichten stond bij de outlook: "Ebusco reconfirms the medium-term objectives as defined during the IPO", ofwel Ebusco herbevestigt de middellangetermijndoelstellingen zoals die bij de beursgang zijn gedefinieerd.
Bij de persberichten van 11 oktober 2022 (trading update Q3) en de voorlopige omzetcijfers 2022 (14 februari 2023) ontbrak die bevestiging opeens.
Navraag bij Ebusco leidt tot een diffuus beeld. Investor Relations-manager Björn Krook was namens Ebusco beschikbaar om toelichting te geven over de middellangetermijndoelstellingen. Bij monde van Krook bevestigt Ebusco dat de doelstellingen die bij de IPO zijn gepresenteerd nog steeds staan. Dat betekent: 3000 bussen per jaar, 1,5 miljard euro omzet en 35% EBITDA-marge.
Over de concrete betekenis van de gebruikte term ‘middellange termijn’ wil Ebusco evenwel geen duidelijkheid geven. Onder middellange termijn wordt doorgaans een termijn van 3 tot 5 jaar verstaan. Dat schrijft ook Oddo ABN Amro-analist Eric Wilmer in zijn 47 pagina tellende analistenrapport van 1 september 2022: middellange termijn is 3 tot 5 jaar na afloop van het boekjaar 2021.
'Geen concrete tijdsspanne'
Aan de term middellange termijn mogen beleggers volgens Ebusco evenwel geen concrete tijdsspanne hangen. "Dat hebben we bij de IPO ook niet gedaan", aldus Krook. Wat betekent middellange termijn dan precies? "Ik kan daar niets over zeggen, maar ik denk dat als je gaat googelen je op verschillende ranges uitkomt tussen de vijf en acht jaar. Wij hangen er geen periode aan. Het gaat wel vanaf het moment van de IPO." Deze vijf tot acht jaar zou betekenen dat op z’n vroegst in 2027 en op z’n laatst in 2030 het productie-aantal van 3000 gehaald moet worden.
Het Centraal Planbureau hanteert als middellange termijn 2 tot 5 jaar. Maar gelukkig biedt het jaarverslag van Ebusco zelf uitkomst. De Raad van Commissarissen heeft een uitgebreid remuneratierapport (pagina 62 jaarverslag 2021) waarin wordt gesproken over short term incentives (1 jaar) en long term incentives. Bij het behalen van de long term incentive kunnen managers performance-aandelen verdienen op basis van de prestaties in een periode van 3 jaar. Als lange termijn gelijk staat aan 3 jaar, kan middellange termijn nooit 5 tot 8 jaar zijn.
Na bijna anderhalf jaar beursnotering is de koers van het aandeel Ebusco gedaald van 23 naar 12,38 euro, een daling van 46,2%. Aandeelhouder Van der Valk Investments heeft in het vierde kwartaal van 2022 een flink pakket aandelen verkocht. In totaal heeft Van der Valk 2,3 miljoen aandelen verkocht, hetgeen ongeveer 35 miljoen euro heeft opgeleverd. Het vertrouwen in Ebusco heeft een flinke knauw gekregen en de vaagheid over de middellangetermijndoelstellingen maakt het alleen maar erger.